‘Waar blijft ie nou?’ vraagt Amber terwijl ze zenuwachtig om mee heen drentelt.
‘Hij komt vast elk moment,’ zeg ik in een poging haar gerust te stellen.
‘Nou, ik vind het maar lang duren,’ merkt ze bijdehand op. Het pleintje van het bungalowpark heeft zich inmiddels gevuld met ouders en andere ongeduldige kleine kinderen.
‘Kijk daar is ie!’ roept Amber terwijl ze wijst naar een mens in een enorm berenpak die uit het gebouw van de receptie verschijnt. De beer zwaait uitbundig naar mijn dochter die ineens veel minder praatjes heeft dan een paar seconden daarvoor. Compleet starstruck kijkt ze naar de grote wandelende beer. Na enig aarzelen zwaait ze terug en na iets langer aarzelen geeft ze hem zelfs een hand. Dit tafereeltje herhaalt zich bij de andere gezinnen. Het mens in het berenpak wordt uitgebreid gefotografeerd, als ware het een zeldzaam luipaard tijdens een safari in Afrika.